Op dinsdag 28 juli verklaarde de president van de Turkse republiek, Recep Tayyip Erdogan, het vredesproces met de PKK-beweging officieel voor beëindigd. “Het is onmogelijk om het proces verder te zetten met hen die de nationale eenheid willen ondermijnen” stelde hij.

Het was reeds lang duidelijk dat het AKP regime niet meer geïnteresseerd was in een vorm van compromis met de Koerden die binnen de grenzen van de Turkse staat leven. Met zijn absolute meerderheid in het parlement kon hij zonder veel problemen wetten laten stemmen die een einde maken aan de discriminatie van het Koerdisch in het openbare leven en het onderwijs. Maar tien jaar lang heeft hij elke mogelijke concrete betekenisvolle stap op de lange baan geschoven alsof de Koerden maar tevreden moeten zijn met enkele uren Koerdische televisie per dag. En vanaf 2007 sprak Erdogan terug over de Turkse staat met één vlag, één taal en vooral één leider.

Op dezelfde dag dat Erdogan het vredesproces met de PKK-beweging voor beëindigd verklaarde gaf hij het Turkse leger ook bevel om op alle fronten aan te vallen. PKK-doelen binnen de grenzen van de Turkse staat zowel als er buiten in het noorden van de Iraakse en Syrische staten worden gebombardeerd en beschoten. Hierbij wordt de tactiek van de verschroeide aarde toegepast waarbij in zones waar Koerdische verzetsstrijders vermoed worden dorpen, akkers, boomgaarden en bossen gebombardeerd en platgebrand worden. Kort voordien had Erdogan van de VS gedaan gekregen dat ze, weliswaar onder nog uit te werken modaliteiten, instemmen met de creatie van een zogenaamde veiligheidszone in het noorden van de Syrische staat tussen de Koerdische kantons van Efrin in het westen en Kobanê in het oosten. Het opzet daarvan is overduidelijk: verhinderen dat er een territoriaal aaneengesloten autonome democratische Koerdische entiteit komt in het noorden van wat nu nog de Syrische staat is, grenzend aan de Koerdische territoria die in de Turkse staat liggen. Daarmee wil het AKP regime, met de volle steun van de CHP en de MHP, in de beste Kemalistische traditie voorkomen dat Rojava, als eerste stap in het PKK-project voor een democratische confederatie van de volken in het Midden Oosten, kan uitgebouwd worden.

De militaire aanvallen op de HPG moeten er voor zorgen dat er terug een situatie van totale oorlog tussen de Koerdische Nationale Bevrijdingsbeweging en de Turkse staat ontstaat waardoor Erdogan terug volop kan inspelen op de chauvinistische gevoelens van vele Turken die in juni niet op de AKP gestemd hebben. Door de HDP te demoniseren als handlangers van “de terroristen” hoopt hij de partij bij de volgende verkiezingen die wellicht reeds in het najaar zullen plaats vinden, terug onder de kiesdrempel van 10% te kunnen drukken waardoor hij vooralsnog zijn plannen zou kunnen realiseren om een presidentieel regime te installeren.

Op deze manier hoopt Erdogan minstens drie vliegen in één klap te slaan: 1) zijn presidentiële droom realiseren; 2) de Koerdische Nationale Bevrijdingsbeweging die door de situatie in de Syrische staat een tweede adem gekregen heeft, de pas af te snijden; 3) van de Turkse staat terug een invloedrijke speler maken nadat zijn strategie van patronage van ISIS als stormram tegen zowel de Koerdische Nationale Bevrijdingsbeweging als tegen het regime in Damascus mislukt is.

De V-SB roept iedereen op om haar/zijn steun te betuigen aan de het Koerdische volk in deze nieuwe krachtmeting met de Turkse staat.

De V-SB dringt er nogmaals op aan bij de vertegenwoordigers van het Belgische regime en de EU om de PKK te verwijderen van de lijst van terroristische organisaties, te erkennen als nationale bevrijdingsbeweging en te ijveren voor bredere erkenning door de VN. Tenslotte roept de V-SB ook iedereen op om zijn steun te geven aan het project van het democratisch confederalisme dat de PKK-beweging in Rojava aan het uitbouwen is, als model voor een samenleven van de etnische en religieuze gemeenschappen van het Midden Oosten in vrede en welzijn.